Natuurlijk fix je eerst even dat felbegeerde roze pasje en een auto. En dan: kilometervreten. Je leert namelijk het beste rijden door… te rijden. Help jouw ouders met de boodschappen (en doe ze vooral een dorp of stad verderop), bied aan jouw zusje naar ballet te brengen (en te halen), haal een vriend op van Schiphol, rij het team van jouw buurjongen naar hun volgende wedstrijd, elke kilometer helpt!
Word een zelfverzekerde chauffeur
Ben je nog onzeker in de auto? Geen zorgen, dat heeft bijna iedereen.
- Misschien helpt het als je tijdens jouw eerste ritten iemand meeneemt die je goed kent. Jouw vader of moeder bijvoorbeeld of een oom of goede vriend. Het is niet de bedoeling dat jouw bijrijder echt gaat méérijden (of gaat lachen als je een foutje maakt, maak daar afspraken over!), maar het geeft wellicht wat vertrouwen als er iemand naast je zit die eerste kilometers.
- Zorg dat je je goed kunt concentreren. Neem dus niet die ene vriend mee die altijd grappen uithaalt en zorg dat de radio zacht (of uit) staat.
- Realiseer je voor elke rit dat niemand foutloos rijdt. Zeker niet als je net je rijbewijs hebt gehaald. Slaat de motor af? Maakt niet uit, start gewoon opnieuw. Raak je een stoepje? So be it, de volgende keer neem je de bocht wat ruimer.
